PietjePuk190 schreef:...Nu we het toch over die zogenaamde "bull's eye" hebben: Waarom bestaat die eigenlijk?
Het was een "justificeerkenmerk" om ervoor te zorgen dat de nummers correct op het biljet geplaatst werden (het is onderdeel van het nummerblok en dus met dezelfde inkt en drukgang als de nummers geplaatst).
In die tijd hadden ze een handnummermachine om uitval handmatig op ongenummerde vellen bij te nummeren, en die was nu juist weer niet leverbaar met de bulls-eye. Hierdoor kunnen wij nu de replacements eenvoudig herkennen (Immers binnen de nummerreeks van de bulls-eye, in dezelfde uitvoering (snijmerkteken en watermerk) maar zonder bulls eye).
Toen de nummerklokken vervangen werden was duidelijk dat de bulls-eye niet meer nodig was, bovendien waren ze goedkoper zonder; dus is ervoor gekozen de bulls-eye te laten vervallen.
En zo zeker als men omging met vervanging van uitval en nauwkeurige registratie van de nummering; men kwam er achter, toen de nummers "op" waren en er geen ruimte voor een 11e cijfer, dat zowel DNB ervan uitging dat Enschedé en Zonen bijhield welke nummers uitgevallen waren en Enschedé leverde netjes registers aan DNB aan, en ging er derhalve vanuit dat DNB dat bijhield. Van automatisering was in die tijd (eind jaren '70) nauwelijks sprake.
Geen 11e cijfer, dus dan maar de uitgevallen nummers hergebruiken. Zowel Enschedé als DNB waren niet in staat die nummers aan te leveren. Er is toen maar besloten opnieuw te beginnen met de nummers, en voor lief te nemen dat er dus theoretisch dubbele nummers konden worden waargenomen.
Saillant detail is dat het ontwerp dus ruimte laat voor het bulls-eye; maar na het wegvallen van de bulls-eye het ontwerp niet is aangepast!
In de praktijk ben ik bij de tientjes Frans Hals nooit doublures tegengekomen; bij de geeltjes Huygens wel, maar dat werd veroorzaakt door een haperende numeroteur in het letters gedeelte. Doordat een letter niet door sprong, werd met dezelfde serieletters dezelfde reeks nogmaals gedrukt. En doordat de hapering "compleet" was (niet half blijven hangen, maar echt helemaal) krijg je twee biljetten met hetzelfde nummer.
twee x 25 1955 zelfde serienummer.jpg
Dit verhaal is deels afkomstig van een gesprek met een oud financieel directeur van Joh. Enschedé en Zonen; die ik toevallig in het archief trof toen wij beiden voor ons eigen belang onderzoek aan het verrichten waren, en hij zich afvroeg wat ik toch met al die ontwerpen van biljetten wilde... Deels uit "
Monetaire Monografieën No. 5. "Geen weggegooid geld"...(Joke Mooij)" Hierin een uitvoerige beschrijving van het beveiligingsproces rond de productie, levering en afschrijving van papiergeld.
Je hebt niet voldoende permissies om de bijlagen van dit bericht te bekijken.